’t Pantoffeltje in Den Bosch, wie kent het niet? Het café staat bekend om hun gezellige sfeer en uitgebreide drankkaart. Maar wat maakt ’t Pantoffeltje aan de Korte Putstraat in Den Bosch zo uniek? Wie zijn de mensen achter de schermen en wat drijft hen om de gasten iedere dag opnieuw het echte Korte Put-gevoel te geven? Om daarachter te komen gaan we in gesprek met Peter Forger, eigenaar van ’t Pantoffeltje.
Waarom en wanneer ben je de zaak begonnen?
Op 1 september 1999 werd ik uitgenodigd om de zaak over te nemen van de vorige eigenaar. Het was toen al een mooi bedrijf op een toplocatie dus de beslissing was snel genomen.
Waarom heb je voor de naam gekozen?
De naam was al zo. In 1672 was het pand namelijk een koetshuis van een familie die pantoffels maakte. Daar is uiteindelijk de naam ’t Pantoffeltje uitgekomen.
Wat is het meest populaire gerecht/drankje op de kaart?
Gin Tonic is altijd de favoriet. Zomers bestellen mensen vooral lekkere cocktails. Een klassieker die het ook goed doet is de Aperol Spritz. Die hebben wij sinds kort ook als frozen-variant. Lekker in de zomer als het warm is.
Wat is de stijl van de zaak?
We bestaan dit jaar 50 jaar. Vanaf het begin bestond de doelgroep uit mensen tussen 20 en 40 jaar oud. Maar met grote evenementen zoals carnaval komen de mensen van vroeger toch weer eventjes terug om de sfeer opnieuw te proeven.
Wat vind je het allerleukste aan je rol als ondernemer?
Ik vind het heel leuk om met mensen om te gaan, mensen een goed gevoel te geven als ze binnen zijn. Als ze het naar hun zin hebben, een glimlach op iemands gezicht kunt toveren en dat jij dat veroorzaakt.
Je bent zelf verantwoordelijk voor je succes, door de manier waarop jij met je gasten omgaat.
Wat is er uniek aan jouw zaak?
Vooral de inrichting is heel uniek, met stukken uit onder andere de voormalige Leonarduskerk. Het is een warme zaak, die je het beste kunt omschrijven als je favoriete jas. Niet te groot, niet te klein, zit altijd goed en je blijft ernaar teruggrijpen.
Hoe ziet jouw team eruit? En hoe zie jij je medewerkers?
Wij hebben een redelijk groot team, met zowel mannen en vrouwen. Sinds kort doen wij ook lunch en diner en zijn we open vanaf 12:00 uur. Dat is mede dankzij ons fijne team dat dit mogelijk is.
Welke tip heb je voor startende horeca-ondernemers?
Blijf bij jezelf, zet een goeie sfeer neer waarbij je naar het hele plaatje kijkt, van de keuze van de muziek, tot de aankleding van je zaak en je medewerkers. Stel jezelf de vraag ‘wanneer zou ik hier nou zelf naar binnen gaan’ en probeer te kijken door de ogen van de gast. Zoals je zelf wilt worden geholpen, zo moet je ook leveren. Voldoe aan de verwachtingen die jij zelf ook zou hebben.
Wat is je beste herinnering aan de Korte Put?
In 2001 is de Korte Putstraat uitgeroepen tot dé terrasstraat van Nederland door magazine Talkies. Vanaf dat moment zijn we als straat, als geheel, gaan uitbouwen. Vergaderingen binnen de straat en het oprichten van de stichting zijn dingen die toen ontstonden, zodat de straat één visie kreeg. Dat is het begin van de straat als één geheel geweest. Dat heeft zich steeds verder uitgebreid, van gezamenlijke evenementen organiseren (denk aan carnaval), tot de aankleding van de straat tijdens speciale gelegenheden, zoals Kerst.
Wat vind je het leukste event in de Korte Put?
Ik ben een enthousiast carnavaller. Je ziet leuke mensen die je lang niet hebt gezien, maar mag ook heel veel nieuwe mensen verwelkomen.
KP proeft is ook een heel fijn evenement. Hierbij kun je je gasten verrassen met iets waarin jouw zaak uitblinkt, dat is een hele leuke beleving voor hen.
Ga jij zelf uit eten in de Korte Put? Zo ja, waar ben jij dan graag te vinden?
Ik ben zelf meer van de kleine hapjes, dus trek daarom graag naar zaken als Breton, Onesto, mijn buurman Borage en lokaal 1650.
Wat houdt de samenwerking van de KP voor jou in?
Met z’n allen de KP op een goed niveau te houden, dus scherp zijn naar elkaar. Elkaar steunen op elk gebied, bijvoorbeeld ook de hulp die we naar elkaar hebben geboden tijdens Corona. En heel belangrijk: ook altijd de negatieve dingen kunnen uitspreken en dan samen zoeken naar oplossingen.
Samen kun je nou eenmaal meer dan alleen.
